FCI standard N° 121 / 29/01/1999 / GB
Vertaling: Jos De Cuyper
Origine: Groot Brittanië
Datum publicatie originele standaard: 08/09/1988
Gebruik: Jachthond
FCI classificatie: Groep 8 Retrievers, Opstoothonden, Waterhonden
Sectie 1: Retrievers
Met werkproef ALGEMEEN BEELD : Een vrolijke, actieve hond van middelmatige grootte, met een intelligente uitdrukking, die kracht vertoont zonder grofheid en snelheid toont zonder iel te zijn.
GEDRAG / TEMPERAMENT : In ruime mate bedeeld met een natuurlijke aanleg van jachthond, waarbij aan optimisme en vriendelijkheid uiting gegevenwordt door enthousiaste staartactie. Vol zelfvertrouwen en vriendelijk.
HOOFD : Het hoofd moet lang en mooi gevormd zijn.
Craniale regio
Schedel: De schedel is plat en gematigd breed
Stop: het hoofd vertoont een lichte inzinking of stop tussen de ogen, op geen enkele wijze geaccentueerd, zodat zowel de indruk van een sterk dalende neuslijn als van een wipneus vermeden worden.
Faciale region
Neus: Goede maat, met wijde neusgaten
Kaken / Tanden: Lange en sterke kaken, die in staat zijn om op een gemakkelijke manier haas of fazant te dragen. Een volstrekt regelmatig en complete schaargebit, dwz dat de boventanden net over de ondertanden heen vallen en rechtop in de kaak staan. Tanden moeten gezond en sterk zijn.
Ogen: Moeten van middelmatige grootte zijn, donkerbruin of hazelnootkleurig, met een zeer intelligente uitdrukking ( een rond, bol oog is zeer ongewenst ). Zij mogen niet schuin geplaatst zijn.
Oren: Klein en goed aangezet, dicht tegen de zijkant van het hoofd.
NEK: Het hoofd moet goed op de hals geplaatst zijn, hals redelijk lang en vrij van keelhuid. De hals moet evenredig zijn en schuin overgaan in de schouders met een goede overgang naar de rug, waardoor een gemakkelijke zoekhouding wordt bevorderd.
LICHAAM
Lendenen: De lendenen moeten kort en vierkant zijn. Lange lendenen zijn tenzeerste af te raden.
Borstkas: Diep en tamelijk breed, met een duidelijke voorborst. De voorste ribben moeten vrij plat zijn. Het lichaam is goed opgeribd en laat geleidelijk meer geronde ribben zien. De middenribben zijn goed gewelfd, de achtersten weer wat minder.
STAART: Kort, recht en goed aangezet, vrolijk gedragen, maar nooit veel boven de ruglijn.
LEDEMATEN
Voorhand : De voorbenen moeten recht zijn, met bot van goede kwaliteit tot aan de voeten toe.
Ellebogen: De ellebogen moeten zich vrij en gelijkmatig kunnen bewegen langs de borstkas.
Achterhand: De achterhand is goed gespierd. Moet in alle opzichten correct staan.
Knie: Matig gehoekt
Hak: Ook de hakken zijn matig gehoekt, laag bij de grond. Koehakkigheid is tenzeerste ongewenst.
Voeten: Moeten rond en sterk zijn met de tenen strak tegen elkaar en goed gebogen. De voetzolen moeten dik en sterk zijn.
GANGWERK: Vlot en stuwend, recht en krachtig zowel gezien vanuit de voorhand als vanuit de achterhand.
VACHT
Haar: Moet dicht zijn, van fijne tot middelfijne structuur en goede kwaliteit, zo glad mogelijk. Benen en staart moeten goed bevederd zijn. Een rijke bevedering maakt bij een volwassen hond het elegante beeld van een FR compleet.
Kleur: Enkel zwart en leverkleur is toegestaan.
MAAT
Voorkeur maten: Reu 59-61,5 cm ( 23-24 ins )
Teef 56,5-59 cm ( 22-23 ins )
Voorkeur gewicht ( in uitstekende conditie )
Reu 27-36 kg
Teef 25-32 kg
FOUTEN
Elke afwijking van de voorgaande punten moet als een fout worden beschouwd en de beoordeling van de ernst van de fout moet in verhouding staan tot de mate waarin de fout zich voordoet.
NB De reuen moeten twee normaal ontwikkelde, volledig in het scrotum ingedaalde testikels hebben.